In een woning in Friesland, dat eigendom van een dierenarts is, is een schokkende situatie aan het licht gekomen. Bij een controle van de Landelijke Inspectiedienst Dierenwelzijn (LID) en de politie zijn tientallen ernstig verwaarloosde dieren gevonden, evenals meerdere dode dieren. De omstandigheden waarin de dieren leefden worden omschreven als onvoorstelbaar smerig.
In totaal werden zestien honden, acht katten en een konijn uit de woning gehaald. De dieren zaten opgesloten in vervuilde kamers, waaronder een hal en een badkamer. Sommige ruimtes hadden geen ramen of ventilatie en stonken volgens een aanwezige agent “erger dan pepperspray.” De dieren hadden geen toegang tot schoon drinkwater of voedsel. Eén moederhond moest vijf jonge pups verzorgen zonder basisvoorzieningen.
In een schuur achter het huis troffen inspecteurs nog eens zes uitgemergelde katten aan, evenals een loslopend konijn dat zich moest voeden met met uitwerpselen bevuild hooi. Ook daar was geen eten of drinkwater te bekennen.
De inspecteurs stuitten bovendien op meerdere dode dieren. In het huis lagen dierlijke resten, waaronder een dode kat en verschillende botten. In de tuin werden zelfs meerdere konijnenschedels gevonden. In een aangrenzend klompenhok werden nog twee zwaar vermagerde katten ontdekt. Zij zaten naast een beschimmelde kattenbak zonder enig voedsel of water.
Alle levende dieren zijn in beslag genomen en overgebracht naar opvangcentra waar ze nu medische zorg krijgen. De vrouw wordt verdacht van ernstige dierenverwaarlozing. Het Openbaar Ministerie onderzoekt de zaak. Of de dierenarts haar beroep mag blijven uitoefenen, is nog onbekend. Wel wordt er rekening gehouden met mogelijk verdere stappen, zoals een beroepsverbod.